Informatie voor de beginnende fokker

Bron: Raad van Beheer

Kennelnaam

Een kennelnaam is niet noodzakelijk om pups met stambomen te fokken. Met een kennelnaam onderscheidt een fokker zich wél in positieve zin. Honden met een kennelnaam zijn herkenbaar tussen hun soortgenoten. Daarmee geeft de fokker aan trots te zijn op de pups die hij gefokt heeft en helemaal achter zijn manier van fokken te staan. Voor het aanvragen en houden van een kennelnaam moet je als fokker aan bepaalde eisen voldoen.

Je kennelnaam moet een unieke naam zijn. Niemand anders in Nederland of een ander FCI-land mag deze naam al gebruiken. De RvB controleert dit eerst en daarna controleert de FCI dit nog een keer. De RvB doet dit door onder andere de naam in de kynologische pers (magazine ‘Onze Hond’ en ‘Dogzine’) en op onze website te publiceren.

Als iemand vindt dat de aangevraagde naam te veel op zijn of haar kennelnaam lijkt of dat de RvB deze kennelnaam om een andere reden niet mag toekennen, kan hij of zij tot twee weken na de verschijningsdatum van de laatste publicatie bezwaar maken.

Om de procedure te versnellen kun je in volgorde van voorkeur een paar namen opgeven. Mocht de RvB een naam afwijzen, dan kan de RvB direct verder met de volgende naam op het formulier en hoef je geen nieuwe aanvraag te doen.

De FCI registreert alle kennelnamen. Je kunt deze bekijken op hun website.

Prefix & suffix

Je kunt een kennelnaam vóór (prefix of voorvoegsel) of achter (suffix of achtervoegsel) de naam van de hond plaatsen. De keuze is aan jou. Bij elke kennelnaam die je opgeeft, kun je ook deze keuze aangeven. Denk je bijvoorbeeld aan: Bello van de Emmalaan, dan vul je in: “van de Emmalaan” (achtervoegsel); voor Bello de Emmalaan wordt het: “de Emmalaan” (achtervoegsel). Wil je juist Emmalaan Bello dan vul je in:  “Emmalaan” (voorvoegsel). Standaard worden lidwoorden afgekort: “van de” wordt “v.d.” 

Maximaal aantal letters

De complete naam van een hond die de RvB inschrijft in het Nederlandse Hondenstamboek mag uit maximaal dertig letters beslaan, inclusief de kennelnaam, maar exclusief de spaties tussen de woorden. Het is dus verstandig de kennelnaam niet te lang te maken.

Niet toegestaan

Niet alle woorden komen in aanmerking voor gebruik als kennelnaam. Geweigerd worden:

  • Familienamen;
  • Plaatsnamen;
  • Cijfers;
  • Losse letters;
  • Namen die niet in Nederlands letterschrift zijn gesteld;
  • Te lange namen;
  • Algemeen bekende handelsnamen en woordmerken;
  • Namen die al in het FCI-register zijn opgenomen of daarmee gemakkelijk kunnen worden verward;
  • Namen die anderszins tot verwarring kunnen leiden of aanstoot kunnen geven.
  • Bestaande kennelnamen met daarin een hondenras of verwijzing naar een hondenras

Ook het gebruik van zogenaamde “slang”-woorden (= populair gebruik van buitenlandse woorden of benamingen) kan de RvB weigeren. De regels worden strikt gehanteerd, ook door de FCI.

In het verleden zijn er nog wel eens kennelnamen toegekend die bij een huidige indiening afgewezen zouden worden. Dat bepaalde woorden of benamingen in het verleden wel goedgekeurd zijn, wil dus niet zeggen dat de RvB deze woorden of benamingen nu ook nog goedkeurt.

Waar moet een fokker aan voldoen

De criteria waaraan je als kennelnaamhouder van de Raad van Beheer moet voldoen, hebben betrekking op het welzijn en de gezondheid van je honden, behoorlijke huisvesting, verantwoorde leefomstandigheden voor moederhond en pups, en een correcte administratie van de fokkerij.

Loopse teven moet je kunnen scheiden van eventueel aanwezige reuen. De omgeving van het nest moet droog, schoon, warm en ruim zijn. Je moet je honden ook regelmatig kunnen inspecteren.

De moederhond moet voldoende mogelijkheid hebben om zich in de kraamkamer te verplaatsen. Ze moet ook buiten bereik van de pups kunnen liggen en naar buiten kunnen voor haar behoeften.

Voor een goede socialisatie van de pups moet je voldoende maatregelen nemen. Tenslotte moet je als de fokker op de hoogte zijn van de administratieve handelingen rondom het fokken.  

Buitenverblijven

Als je de honden niet in huiselijke kring houdt, gelden aanvullende eisen. Wonen de honden niet in huis dan worden aan de binnen- en buitenverblijven technische eisen gesteld. Niet alleen gaat het dan om de ruimte voor de moederhond met haar pups, maar ook om de leefomgeving van de andere honden.

Deze regels staan beschreven in ‘Uitvoeringsregels ten behoeve van Locatiecontroles’. 

Uitvoeringsregels Locatiecontroles versie 2 per 1-11-2018

Kennisniveau

Je hoeft als aanvrager van een kennelnaam geen diploma Basiscursus Fokken & Houden van honden (BFH) te hebben. Wel wordt het toekomstige fokkers sterk aangeraden zich te verdiepen in de aspecten van het houden en fokken van honden en de algemene kynologie. De opleiding BFH is daarvoor een mooie opstap.  

Bedrijfsmatig

Ben je een enthousiaste fokker die niet meer incidenteel een nestje fokt, maar regelmatig meerdere jaren achter elkaar meerdere nesten, dan is de kans groot dat de overheid dit ziet als bedrijfsmatig fokken. Daarvoor gelden meerdere ‘richtsnoeren’ waaronder een indicatie van het verkopen of houden van meer dan 20 honden per jaar. Neem van tevoren de tijd om je goed te informeren wat hier allemaal aan vast kan zitten. Meer informatie is te vinden bij de overheidsloket rijksdienst voor ondernemers RVO.  Zie ook RvB info houders van dieren 1-12-2014 01.

Relatie bedrijfsmatige activiteiten

Je mag een kennelnaam niet gebruiken om reclame te maken voor bedrijfsmatige activiteiten. Wie dus een trimsalon heeft, een hondenschool, een dierenpension of een ander aan de hondenbranche gelieerde zaak zal daarvoor een aparte bedrijfsnaam moeten voeren. Omgekeerd geldt ook: de bedrijfsnaam mag niet tevens kennelnaam zijn.

Eigenaar van de kennelnaam

Een kennelnaam is persoonsgebonden en wordt bij de aanvraag toegekend aan één persoon. Als je een kennelnaam met iemand wil delen, dan ziet de RvB dat als twee aparte aanvragen en rekent voor beide personen hetzelfde tarief. De tweede persoon hoeft niet op hetzelfde adres geregistreerd te staan en heeft dezelfde rechten als de hoofdeigenaar van de kennelnaam.

Als je gaat fokken met een teef en je wilt dat de pups de kennelnaam krijgen, moet de teef geregistreerd staan op dezelfde naam en adres als de kennelnaam. Als kennelnaamhouder is het dus belangrijk je administratie goed op orde te houden. Mocht je de kennelnaam delen, dan wordt de eigenaar van de teef aangemerkt als fokker.

Als je een kennelnaam wilt aanvragen, moet je minimaal 18 jaar zijn en woonachtig in Nederland.

Kosten

Voor het aanvragen en houden van een kennelnaam betaal je eenmalig het verschuldigde bedrag. Deze vind je in de tarievenlijst. Zodra de RvB de betaling heeft ontvangen, neemt ze de aanvraag verder in behandeling. Mocht de RvB geen van de voorgestelde kennelnamen kunnen accepteren, dan krijg je het bedrag verminderd met administratiekosten terug.

Import van kennelnaam

Als je in een ander FCI-land een kennelnaam hebt en je verhuist naar Nederland, dan kun je deze meenemen. Je moet je kennelnaam in het land van herkomst bij de kennelclub laten uitschrijven. Met het bewijs hiervan kun je je kennelnaam bij de RvB laten registreren.

Voordat de inschrijving plaatsvindt, vindt er een kennelcontrole plaats. Aan de inschrijving inclusief controle zijn kosten verbonden. Deze vind je in de tarievenlijst

Kennelcontrole

Als je een kennelnaam hebt aangevraagd, komt er een buitendienstmedewerker langs om kennis te maken en de locatie te controleren. De buitendienstmedewerker neemt informatiemateriaal mee dat van belang is. Als je nog vragen hebt, dan kun je deze natuurlijk direct stellen.

Weigeren van een kennelnaam

De RvB honoreert niet elke aanvraag voor een kennelnaam. Een reden om een kennelnaam niet te verstrekken, is dat de voorgestelde namen niet voldoen aan de eisen. Je kunt dan nieuwe namen indienen en een nieuwe ronde ingaan.

Als bij de locatiecontrole blijkt dat deze niet voldoet aan de eisen is dat natuurlijk ook een reden om het verzoek af te wijzen. Bijvoorbeeld als de verblijfplaats van de honden niet voldoet, of als de buitendienstmedewerker het verblijf van de honden niet mag inspecteren. 

De kennelnaam wordt uiteindelijk bij de FCI en de Raad van Beheer geregistreerd. Dit zijn overkoepelende organisaties voor het fokken en registreren van stamboomhonden. Dit betekent dat ook de regelgeving en procedures daarop zijn ingericht. Voor het toekennen van een kennelnaam moet de (toekomstige) fokkerij dan ook controleerbaar bestaan uit het fokken van en met stamboomhonden van FCI-rassen of nationaal erkende rassen en van de registratie daarvan bij de Raad van Beheer. Indien dat niet het geval is kan een kennelnaam geweigerd worden. 

De RvB wijst de aanvraag van iemand ook af als die de doelstelling heeft om hiermee verlaging van de hondenbelasting te krijgen in zijn gemeente.

Ook als men de doelstelling heeft om winst te maken met de handel van honden of belangen heeft in een ander bedrijf met dit doel. Of er van een dergelijke situatie sprake is, is ter beoordeling aan de Raad van Beheer.

Aanvraag indienen

Als je voldoet aan alle eisen, kun je hier een aanvraag indienen.

Als de RvB de aanvraag heeft ontvangen, krijg je een factuur. Na betaling wordt verder gegaan met de behandeling van de aanvraag. De RvB publiceert de aangevraagde kennelnamen maandelijks op deze website onder de nieuwsberichten en in de pers (magazines ‘Onze Hond’ en ‘Dogzine’). De publicatie op onze website blijft ongeveer zes weken, tot de uiterste bezwaardatum bij de FCI, op de website staan en wordt daarna automatisch verwijderd uit de nieuwslijst.

Omdat de FCI de kennelnaam vervolgens nog moet goedkeuren, kan het zes tot acht maanden duren voordat je de kennelnaamregistratiekaart ontvangt. Houd hier dus rekening mee met de aanvraag van de kennelnaam en een eventueel geplande dekking. Je kunt een kennelnaam pas gebruiken als deze definitief is toegewezen. Achteraf toevoegen aan de namen van de pups is niet mogelijk.